Nadat Ariel Sharon in januari 2006 wegens een zware hersenbloeding in een diepe coma was geraakt, kwam hij in een tot op de dag van vandaag voortdurende vegetatieve status terecht en werd hij uit zijn premierschap ontheven.
Vegetatieve status is de ergste graad van functioneel hersenlijden die kan samengaan met langdurig overleven na coma. Deze staat wordt ook wel wakker coma, wakend coma, coma vigil, decorticatie, of apallisch syndroom genoemd.
Een vegetatieve status is ook iets anders dan hersendood zijn. In tegenstelling tot hersendood wordt een vegetatieve status wettelijk niet beschouwd als dood. Het betreft hier een juridisch grijs gebied, dat onderwerp van discussie is geweest en nog is in diverse rechtszaken. Hierbij gaat het om de vraag of een patiënt moet worden toegestaan om te sterven, of dat juist elke mogelijkheid moet worden aangegrepen om te zoeken naar herstel.
Maar momenteel geeft een nieuw type van hersenscan, fMRI genaamd, aan neurologen een beter inzicht van wat er in het brein omgaat van mensen die in een coma lijken te verkeren.
Toen artsen het brein van Ariel Sharon uittestten kwamen ze tot de bevinding dat er in dat brein furieuze activiteiten plaatsgrepen toen men hem foto's van zijn familieleden liet zien - of, als men hem de stem van zijn zoon liet horen.
De nieuwe techniek kan ons mettertijd een beter inzicht geven over de diepere gebieden van de hersenen. Het is alsof we het wateroppervlak van de oceaan aan het bestuderen zijn en de mening zijn toegedaan dat we tezelfdertijd begrijpen wat er zich allemaal onder de golven plaatsgrijpt. Terwijl het aan de opervlakte rustig lijkt, kan het er onderaan woelig aan toegaan, en omgekeerd.
40% van alle mensen die aan bewustzijnsverstoring lijden verkrijgen een totaal verkeerde diagnose. In een comateuze toestand werkt het brein nog, maar wel veel langzamer. Indien je een slapende persoon een por geeft, kan hij jouw hand nog wegduwen. Iemand in coma is daartoe niet in staat, behalve met een reflexsieve beweging.
De meeste patiënten blijven niet in coma: ofwel sterven ze, ofwel gaan ze in een vegatieve toestand over. Patiënten in vegetatieve status ontwaken uit een coma en lijken wel wakker te zijn. De ogen zijn overdag open, en de patiënt ademt spontaan en kan de indruk wekken rond te kijken. Er is echter geen gericht kijken en het is niet mogelijk contact met de patiënt te krijgen, ook geen oogcontact. Ook op aanspreken volgt geen reactie. De patiënt kan gapen, grimassen, en een dag- en nachtritme hebben, en in de mond geplaatst voedsel wordt soms doorgeslikt. Er is echter geen poging om van een bord te eten, en er worden geen doelbewuste bewegingen gemaakt, behalve soms terugtrekken bij pijnprikkels. Patiënten tonen enkel reflexbewegingen en zijn zich op geen enkel moment bewust van hun omgeving noch van zichzelf. Er is geen communicatie mogelijk.
Tenslotte heb je nog mensen die in coma lijken te vertoeven maar wiens hersenen nog op volle toeren draaien. Hier gaat het om het locked-in-syndroom, of pseudocoma, een neurologische aandoening waarbij bijna alle communicatiemogelijkheden van de patiënt zijn weggevallen waardoor het lijkt alsof hij comateus is. Andere benamingen zijn 'de-efferente staat' en 'cerebromedullospinale disconnectie'.
In deze toestand kan de patiënt niet spreken en kan zich ten gevolge van tetraplegie - een toestand waarbij alle vier de ledematen verlamd zijn - geheel niet bewegen. Hij kan echter wel geluiden waarnemen - en, als de ogen zijn geopend, kan hij ook zien. De willekeurige verticale oogbewegingen zijn meestal echter wel intact gebleven, waardoor men met de patiënt kan afspreken dat hij op vragen met 'ja' of 'nee' kan antwoorden door de ogen naar boven of naar beneden te bewegen, of door te knipperen, bijvoorbeeld.
Over Bijna-dood ervaringen
Dit alles kan misschien verklaren hoe mensen, die een bijna-dood ervaring hebben meegemaakt, aan hun verhalen komen en hun droombeelden als echt hadden ervaren. BDE-ervaringen worden door velen als bewijs aanschouwd dat er een leven na de dood is, terwijl de meeste wetenschappers de BDE zien als een verschijnsel dat op de werking van de hersenen valt terug te voeren.
Het is dan misschien ook de reden waarom een BDE-ervaring als realiteit, als echter dan echt wordt ervaren, en niet als een gewone droom. Vergelijk het zo'n beetje als een ontwaken na de droom: je droomt niet meer, maar je weet dat je hebt gedroomd. Het is een herinnering aan de droom en die ervaring lijkt 'echter dan echt' en onvergelijkbaar met de droom zélf.
Volgens neurologen zijn de subjectieve BDE-beschrijvingen vermoedelijk toe te schrijven aan de bijzondere toestand waarin de hersenen verkeren tijdens een verlaagd bewustzijn - want, hoewel BDE soms optreedt bij een hartstilstand is bij een hartstilstand het brein nog een tijdje even actief.
Alle verschijnselen die gepaard gaan met een BDE worden dan ook als een product van de nog werkende hersenen beschouwd. Kortom: de term BDE is misleidend, omdat het optreden van een BDE vooral een gevolg is van veranderingen in de toestand van het brein, en niet per se een voorbode van de naderende dood.
Het feit dat BDE niet per se gekoppeld is aan een 'bijna dood' toestand, blijkt uit de medische dossiers van bijna de helft van mensen met een BDE. Toch rapporteerden zij gevoelens als: uit het lichaam treden, het verleden herbeleven, et cetera.
Volgens neuroloog Kevin Nelson ontstaan deze verschijnselen omdat het bewustzijn zijn oriëntatie kwijtraakt. Dit lijkt op verschijnselen die ook tijdens de remslaap kunnen voorkomen, of bij een toestand zoals epilepsie. Ook tijdens de droom wordt het lichamelijk gevoel uitgeschakeld en zijn er soms visuele belevingen en/of gevoelens van euforie. Deze bewustzijnsverschijnselen kunnen ontstaan doordat een gebied in de hersenstam dat de cortex aanstuurt de hersenen omschakelt naar de toestand van het droombewustzijn. Het eindstation daarbij is het gebied in de hersenen dat ligt op de grens van de temporale en pariëtale kwab. Dit gebied lijkt een belangrijke rol te spelen bij stoornissen waarbij iemand zijn oriëntatie ten opzichte van het eigen lichaam kwijtraakt. Dit is onder meer aangetoond door dit gebied bij patiënten elektrisch te stimuleren, of na neurochirurgie.
Op Wikpedia kunnen we nog over de volgende waarnemingen lezen, die een biologische verklaring van de BDE ondersteunen:
- Mensen met temporale epilepsie verklaarden tijdens hun aanvallen religieuze hallucinaties te hebben die overeenkomsten vertonen met bijna-dood ervaringen. Bij gewone, gezonde mensen die zich als vrijwilliger aanboden, heeft men door het uitwendig aanbrengen van een magnetisch veld ter hoogte van de temporale kwab van de neocortex ook religieuze hallucinaties kunstmatig kunnen opwekken. Ook de impact van allerlei drugs op de fysiologie van zenuwcellen én tegelijk op het bewustzijn van de gebruikers is bekend.
- Circa twintig procent van de piloten die bewusteloos raken wanneer ze tijdens een training in een centrifuge aan hoge G-krachten worden blootgesteld, ervaart een klassieke bijna-dood ervaring, inclusief de ervaring van uittreding.
- In de jaren negentig heeft Dr. Rick Strassman aan de Universiteit van New Mexico onderzoek verricht naar de hallucinogene drug dimethyltryptamine (DMT, intraveneus toegediend). Strassman propageerde de theorie dat het vrijmaken van een grote hoeveelheid DMT vanuit de pijnappelklier vlak voor de dood of bijna-dood de oorzaak is van het fenomeen van de bijna-dood ervaring.
- De psychiater Dr. Karl Jansen heeft in 1995 bijna-dood ervaringen kunnen reproduceren door het anestheticum ketamine te gebruiken, wat een aanwijzing kan zijn voor een biologische verklaring voor de ervaring.
- Het fenomeen van uittreding, dat vaak wordt beschreven door personen die een bijna-dood ervaring hebben gehad, kan ook kunstmatig worden opgewekt door middel van drugsgebruik. Vooral dissociatieve drugs.
- Gevoelens van uittreding kunnen ook kunstmatig worden opgewekt door het elektrisch stimuleren van de gyrus angularis.
- Een theorie van Shawn Thomas (2004) stelt dat de neurotransmitter agmatine de sleutelsubstantie voor bijna-dood ervaringen is.
- Net zoals bij dromen kan de inhoudelijke ervaring van een BDE lang lijken te duren terwijl die zich neurologisch in korte tijd manifesteert.
- Mensen die een BDE hebben gemeld bij een levensbedreigende situatie veranderen daarna. Maar dat gebeurt ook bij mensen die met de mogelijkheid van hun eigen dood worden geconfronteerd, zonder dat ze een BDE hebben. Het is daarom waarschijnlijk dat niet de BDE maar de levensbedreigende situatie de verandering oproept. Wanneer een BDE optreedt in een ongevaarlijke situatie of kunstmatig wordt opgewekt treedt er ook geen belangrijke verandering op.
- De medisch redacteur van The Arizona Republic schreef in 1977: "Wanneer het fysieke activiteitsniveau een heel laag punt bereikt heeft, zoals onder narcose, of ten gevolge van ziekte of verwonding, neemt de automatische beheersing van de lichaamsfuncties dienovereenkomstig af. Aldus komen de neurohormonen en catecholaminen van het zenuwstelsel vrij en worden in ongecontroleerde hoeveelheid uitgestort. Dit resulteert onder andere in de hallucinatie die na terugkeer tot het bewustzijn wordt uitgelegd als was men gestorven en weer tot leven teruggekeerd."
- Psychologe Susan Blackmore stelt dat de hersenen tijdens een BDE problemen krijgen met het vasthouden van een goed model van de wereld. Zij heeft in alle toen beschikbare verslagen geen aanwijzing gevonden dat de gemelde bijzonderheden zoals het zien van dingen buiten het ziekenhuis werkelijk aanwijzing geven voor waarneming buiten het lichaam.
Kortom: over de werkzaamheden van het brein is nog maar een tiental percent geweten. Geef de wereld van neurologie nog een extra aantal jaren de tijd om er veel meer aan de weet over te komen. Ondertussen kan de leek diezelfde tijd gebruiken om aan alles dé betekenis te geven die hij/zij er zélf aan wenst te geven. In elk geval geloof ik in een leven tijdens dit leven, terwijl ik soms moet aanzien hoe mensen worden geleefd... Niet, omdat ze in coma verkeren, maar wel in een diepe slaaptoestand en denken dat ze 'wakker' zijn.
Bron: Wikipedia