We kunnen het onze voorouders niet kwalijk nemen dat ze indertijd bijgelovig waren. Gebukt onder de verwoestende natuurelementen, en onwetend over het reilen en zeilen van het leven in het algemeen, was het voor hun logisch dat ze in de veronderstelling leefden dat er goden bestonden aan wie ze moesten offeren. Offeren, in ruil voor gunsten af te dwingen, of om ervoor te zorgen dat ze ons goedgezind waren.
Maar, naar het schijnt, bestaan die goden nog altijd; dit, ondanks het feit dat geen mens op Aarde dit kan bewijzen. Toegegeven: het tegendeel is ook een waarheid als een koe, of schaap. Dit is dan misschien ook de reden waarom we moeten blijven offeren. Je weet nooit: de goden - gemaakt naar ons beeld en gelijkenis - kunnen boos op ons worden ...
Maar dit onderwerp komt - als uitgangsunt - helemaal niet ter sprake in het debat over het Offerfeest, dat dit jaar op 26 oktober tot 28 oktober valt. Natuurlijk zijn er - begrijpelijkerwijze - ook zeer weinige mensen die dit onderwerp vanuit het prehistorische verleden van de mensheid naar de opervlakte durven brengen. Geen enkele bewust levende burger wenst met aggressie te worden geconfronteerd.
Bovendien stel ik maar vast, en is mijn denken geen aanklacht, integendeel! In deze knettergekke, oorlogsgezinde wereld, lopen er nog zeer vele dingen mank. Geef de mensheid nog minstens een duizendtal jaren om van mens tot een vredelievende, volwaardige Mens uit te groeien. Ook Diogenes zocht een 'Mens'...
In elk geval: StampMedia liet ons weten dat op zaterdag 1 oktober de Limburgse afdeling van de Vereniging voor Ontwikkeling en Emancipatie van Moslims (VOEM) een publiek debat organiseerde. Het vond plaats in de stadsschouwburg van Genk en handelde over het verdoven van schapen tijdens het Offerfeest.
Hier is dan ook het relaas van Christoffer Allegrezza:
"Het debat werd ingeleid door de documentaire 'Het Offerfeest: is verdoving een stap te ver?' van Rachida El Garani. "Ik vind beeldvorming zeer belangrijk," vertelt de documentairemaakster. "Ik wil vechten tegen het verkeerde beeld dat er bestaat van het Offerfeest. De reguliere media tonen enkel het bloed. Dat is een aanval op een religieuze, sociale traditie van de islam."
De documentaire laat enkel figuren uit de moslimwereld aan het woord, met uitzondering van de Antwerpse schepen voor Dierenwelzijn Luc Bungeneers (Open VLD), en de voorzitter van de dierenrechtenorganisatie GAIA: Michel Vandenbosch. Verder gaat El Garani niet op zoek naar de publieke opinie die er heerst omtrent het Offerfeest. Bovendien laat de regisseur het tot drie keer toe dat iemand de agenda van GAIA vergelijkt met die van het Vlaams Belang. De beoordeling 'niet objectief' zou een understatement zijn in de analyse van deze documentaire.
Het debat wilde 'de dialoog tussen mensen van verschillende achtergronden, culturen en geloofsovertuigingen stimuleren'. Buiten mij bleken er helaas slechts drie andere blanke gezichten aanwezig: Michel Vandenbosch, journalist Chris Nelis en de technicus van de schouwburg. Van bruggen bouwen tussen gemeenschappen en een dialoog starten met ongelovigen, was dus geen sprake.
Het panel bestond uit Khalid Assecour (SP.A), schepen voor Nutsvoorzieningen, Cultuur en Wijkfocus van Houthalen-Helchteren, GAIA-voorzitter Michel Vandenbosch en urgentiearts Mouloud Kalaai van het Ziekenhuis Oost-Limburg te Genk. Ik concludeerde tot mijn grootste spijt dat Assecour geen deel uit maakte van het debat omwille van een expertise over verdoving tijdens het slachten van dieren, maar alleen omwille van zijn identiteit als moslim.
Van een volksvertegenwoordiger kan men verwachten dat hij de hele samenleving vertegenwoordigt. Het populistisch terugvallen in de identiteit van moslim wanneer er een thuismatch gespeeld wordt, betekent als een democratisch verkozene verraad aan de kiezer. Zulke praktijken zijn een politicus onwaardig.
Wanneer ik luidop mijn bezorgdheid uitte, snauwde Assecour geïrriteerd dat ik mij niet te bemoeien heb met de islam. "En dat de wetgeving zich ook niet moet inlaten met religie." Ik zie het omgekeerd: religie heeft niets te zoeken in de wetgeving. Het betreft hier dierenwelzijn en niet godsdienstvrijheid.
De neurofysiologie van een schaap behoort niet tot de expertise van een urgentiearts. Dr. Kalaai beweerde dat het doorsnijden van de hals van het schaap tijdens een rituele slachting minder pijn doet voor het dier dan wanneer het verdoofd is. De discussie verviel in een infantiel welles-nietesspel tussen Vandenbosch en dr. Kalaai.
Ik wist al eerder dat rationaliteit en religie niet altijd hand in hand gaan. De kluchtige poging om 'moslimintelligentsia' de slachtmethode zonder verdoving als neurofysiologisch humaan voor te stellen, is mij echter een brug te ver.
Ik betreur het dat de discussie over humaan slachten overschaduwd werd door populistische uitspraken omtrent godsdienstvrijheid. Tijdens de avond vielen agressieve woorden als 'rechten opeisen', 'wij en zij', en 'onze religie wordt bedreigd', vermomd als een democratisch debat.
Zaterdag 1 oktober stierf mijn naïviteit een stille dood in de schouwburg te Genk. Bruggen bouwen tussen bunkers is immers onmogelijk."
© 2011 - StampMedia - Christoffer Allegrezza