Kan een meer, ter grootte van een tiental voetbalvelden, zomaar in het niet verdwijnen? Het antwoord is 'ja'. Wetenschappers staan er versteld van. Toen men het meer - gelegen in het Nationale Park van Bernardo O'Higgins, in de buurt van Magallanes in Chili - in maart bezocht, kon men nog genieten van een grote plas water van vier en een halve hectare. Maar vorige maand stond iedereen oog in oog met een enorm grote, droge krater van ongeveer 30 meter diep.
Eén van de vele theorieën is, dat een aardbeving een barst in de aardbodem heeft veroorzaakt met als gevolg dat het water totaal is verdampt, of in de aarde is verdwenen en tot een ondergrondse rivier is omgetoverd. Anderzijds kunnen we zeggen dat 'de natuur zichzelf heeft hersteld', want 37 jaar geleden was daar helemaal geen meer. Het is ontstaan uit het sneeuw en ijs dat uit de naburige bergen naar beneden was afgedaald. Naar het schijnt is het normaal dat het landschap in die streek herhaaldelijk van uitzicht veranderd, vooral met al die aardbevingen in de buurt.
Een andere theorie is afkomstig van de Chileense glacioloog Gino Casassa. Hij vermoedt dat het meer indertijd gevormd is geweest door enorm grote ijsblokken die rondom om, tegen de binnenwanden van de krater, een muur van ijs hebben aangelegd. Over de jaren is het binnenste van de krater verder opgevuld door ijswater, dat voorts uit de bergen kwam. Zo is dan ook het meer ontstaan, 37 jaar geleden. Nu zijn die muren, over verloop van jaren, weggesmolten en een aardbeving kan er wel enkele breuken hebben aan toegevoegd.
Wat dan ook: het is een eigenaardig fenomeen en het zijn vooral de dieren uit de omgeving - niet de toeristen, die het water sterk zullen missen.
Nota: Afbeeldingen en talrijke artikelen uit 2007 werden in december 2017 verwijderd, omdat ze verouderd waren en teveel ruimte in beslag namen...