Wedergeboorte is een term die, bijvoorbeeld, in het boeddhisme wordt aangewend, en naar het opnieuw plaatsvinden van een geboorte na de dood kan verwijzen. In het boeddhisme maakt wedergeboorte deel uit van samsara, de cyclus van dood en wedergeboorte zonder begin en zonder eind. Indien iemand verlicht is, en het nirwana bereikt heeft, vindt er na het overlijden geen wedergeboorte plaats maar parinibbana.
Het parinibbana is het fysiek overlijden en het definitief uiteenvallen van de vijf khandhas (lichaam, gevoelens, voorstelling, intenties en bewustzijn) van iemand die het nirwana - ook wel als nirvana geschreven, of als nibbana genoemd - behaald heeft. In het Nederlands betekent parinibbana 'complete nirwana'.
Bij het overlijden van iemand die het nirwana bereikt heeft, vindt volgens het boeddhisme totale onthechting van de wereld plaats, en is men niet meer onderhevig aan de resultaten van oud karma. Er vindt dan ook geen wedergeboorte plaats.
Gautama Boeddha zei dat iemand die het nirwana behaald heeft, nog steeds een rest of achterblijfsel heeft. Ook al is hij in zijn geest compleet onthecht, zijn geest en lichaam functioneren nog steeds in de wereld en zijn er tot op bepaalde hoogte nog steeds van afhankelijk. Bij het overlijden echter vallen de vijf khandhas weg en pakt een boeddha of arahant geen nieuw leven op, omdat hij niet gehecht is aan het leven. Ze laten aldus de vijf khandhas definitief achter en behalen zo het compleet nirwana, zonder achterblijfsel. Normale mensen die nog aan het leven gehecht zijn, pakken volgens het boeddhisme na hun dood een nieuw leven op en vervolgen zo hun bestaan in het samsara.
Het parinibbana verschilt van nirwana doordat het pas bij het overlijden bereikt wordt. In nirwana ervaart de arahant, of boeddha, nog steeds de gevolgen van vroeger karma, omdat zijn lichaam en geest zich nog in de wereld bevinden en noodzakelijkerwijs in interactie staan met de wereld. Hij ondervindt dus nog steeds de gevolgen van zijn goede en slechte daden die hij deed toen hij nog niet het nibbana (en verlichting) behaald had.
De Boeddha weigerde vragen te beantwoorden, die gericht waren op waar een arahant of boeddha na het overlijden heengaat, omdat deze vraag niet van toepassing is, en slechts gemotiveerd wordt door metafysische speculatie. Hij beantwoordde de vraag soms wel met een wedervraag, gebaseerd op de gelijkenis van nirwana met een uitgedoofd vuur: "Waar gaat het vuur heen nadat het uitgedoofd is? Gaat het noord, zuid, oost of west?". Het correcte antwoord hierop is dat deze vraag niet van toepassing is, en dat hij daarom niet beantwoord kan worden.
Gautama Boeddha voegde er naar het schijnt aan toe, dat de morele kwaliteit van iemands gedrag (karma) grote invloed uitoefent op de kwaliteit van zijn volgende (weder)geboorte. Het geregeld niet volgens de vijf voorschriften handelen, zou tot een slechte wedergeboorte (in een hel, als geest of dier) leiden. Ook geboorte als mens (in slechte levensomstandigheden) is mogelijk. Moreel goed gedrag leidt dan weer tot een wedergeboorte in een hemel, of een wedergeboorte als mens in een goede omgeving.
Goed gedrag als mens in het huidige leven is volgens de Boeddha echter geen garantie voor een gunstige wedergeboorte. Men weet immers niet wat men in een vorig leven gedaan heeft, en de acties van vorige levens oefenen ook invloed uit op de kwaliteit van de wedergeboorte.
De mentale staat tijdens het overlijden is volgens het boeddhisme ook van grote invloed op de kwaliteit van de wedergeboorte. Indien iemand op rustige manier overlijdt, vrede heeft met zijn overlijden en er afstand van kan nemen, heeft dit een heel gunstige invloed op de wedergeboorte. Het bezien van het overlijden als iets wat natuurlijk, normaal en onvermijdelijk is kan hierbij helpen.
Alhoewel er volgens het boeddhisme wel wedergeboorte plaatsvindt, is er geen 'wezen', of ‘ziel’ dat herboren wordt. Om dit uit te leggen wordt vaak de gelijkenis van de kaars gebruikt. Wanneer de kaars op is en op het punt staat uit te gaan, kan men het laatste beetje vuur van de oude kaars gebruiken om een nieuwe kaars aan te steken. De vlam springt dus over van de oude naar de nieuwe kaars. Alhoewel er een oorzakelijk verband bestaat tussen het vuur van de oude kaars en het vuur van de nieuwe kaars, is het niet hetzelfde vuur. Maar men kan wel zeggen dat het nieuwe vuur van het oude kwam. Het vuur staat in deze gelijkenis symbool voor het bewustzijn dat onder invloed staat van verlangen, aversie en onwetendheid.
Als men daarnaast ook goed op de vlam let, kan men zien dat het vuur niet een constant iets is maar voortdurend flikkert en veranderlijk is. Deze veranderlijkheid is een belangrijk aspect van het boeddhisme, en leidt ertoe dat het bestaan van een onveranderlijke ziel niet erkend wordt. In het boeddhisme is er dus geen ziel of 'Ware Ik', die door verlichting bevrijd kan worden, of verlossing kan vinden door toevlucht te zoeken in de één of andere godheid. Zelfs het bewustzijn is veranderlijk en maakt geen deel uit van het ego, en daarom kan er geen sprake zijn van een 'herboren persoon'.
Om deze vergankelijkheid aan te geven, worden in het mahayana boeddhisme regelmatig de termen 'bewustzijnsstroom' of 'mentaal continuüm' gebruikt.
Meestal wordt in boeddhistische kringen met wedergeboorte dus niet verwezen naar het opnieuw (in een volgend leven) geboren worden na de dood. Want, in dat geval verwijst het naar het ontstaan van een gevoel van 'ik', 'mijzelf', of 'ego' in het bewustzijn, of de geest. Sommige westerse boeddhisten hechten niet veel geloof in het bestaan van een leven na de dood. Deze mensen hebben echter wel vaak een groot vertrouwen in de leer van 'anatta' of niet-zelf, en passen het begrip wedergeboorte toe op het ontstaan van het zelf-concept in de geest.
Ook sommige bhikkhus, zoals bijvoorbeeld de Ajahn Buddhadasa in Thailand, hechten meer belang aan deze alternatieve betekenis dan aan de traditioneel boeddhistische betekenis uit het Pali Canon en andere oude geschriften.
Of wedergeboorte nu ja dan neen bestaat, is het belangrijk een onderscheid te maken tussen de termen 'wedergeboorte', dat 'opnieuw geboren worden betekent', en 'reïncarnatie', dat 'opnieuw incarneren' betekent. Feit is, dat geen mens echt weet of beide, of één van beide, wel degelijk bestaat. Alles hangt dus af van het persoonlijke geloof en verbeeldingskracht. Daarbij mogen we niet vergeten dat er naast 'wedergeboorte' en 'reïncarnatie' nog gesproken wordt over 'een bestaan aan gene zijde', over een 'opgaan in de bron', en zo meer.
Kortom: alles is afhankelijk van de omgeving waarin een mens geboren wordt en als kind door de mensen, die in die omgeving vertoeven, wordt opgeleid. Van zodra een aangeleerde geloofsovertuiging wortel heeft geschoten, is het zeer moeilijk om het resultaat ervan bij te snoeien, of uit te roeien.
Weet, dat er iets meer dan 4.000 religies bestaan, en dat ieder van hen er andere grondbeginselen en overtuigingen op nahoudt, ook wat het thema 'wedergeboorte' aangaat.
Organisaties gespecialiseerd in wedergeboorte
- Vind nog meer organisaties gespecialiseerd in wedergeboorte op Zoek&Vind.
- Jouw organisatie er nog niet tussen? Voeg ze toe op Zoek&Vind!
Blogposts over wedergeboorte
Boeken over wedergeboorte
|