Het menselijk lichaam bezit zelfgenezende eigenschappen. Zo wordt, bijvoorbeeld, een lever om de drie weken geheel vernieuwd. Ook in het hart zijn er cellen, stamcellen genoemd, die uit kunnen groeien tot nieuwe, goede werkende hartspiercellen.
Onderzoekers van het Jessa Ziekenhuis Hasselt en de Universiteit Hasselt zijn er in geslaagd om dit stamceltype te isoleren uit het menselijk hart en in een labo aan te kweken. De ontdekking opent nieuwe perspectieven om na een hartinfarct het hart te herstellen. Bij dieren is dat al gelukt. De bevindingen zijn een belangrijke stap in het cardiaal stamcelonderzoek.
Patiënten die een hartinfarct hebben gehad, lopen schade op aan het hartweefsel, soms met fatale gevolgen. Een hartinfarct, of hartaanval, is het afsterven van een deel van de hartspier doordat de bloedtoevoer ernaar door de kransslagaderen onderbroken wordt.
Een hartinfarct is bijna altijd het gevolg van een bloedstolsel, of een bloedpropje, dat zich vormt op een plaats waar de kransslagader vernauwd is door atherosclerose, wat in de volksmond aderverkalking genoemd wordt. Dat komt door de afzetting van vetachtige stoffen.
Door de bloedprop komt de bloedtoevoer, die al geringer was door de vernauwing, ineens tot stilstand en daardoor begint het hartspierweefsel af te sterven. Een hartinfarct kan leiden tot hartfalen, waarbij het hart niet meer genoeg bloed romdpompt om aan de behoeften van de weefsels te voldoen, levensbedreigende hartritmestoornissen en zelfs tot de dood.
De geleerden doen al jaren onderzoek naar stamceltherapie voor patiënten die een hartinfarct hebben gehad. Bij een hartinfarct gaat immers altijd hartspierweefsel verloren en daarna functioneert het hart minder goed. Terwijl onderzoeksteams oorspronkelijk vooral zochten naar de effecten van het inspuiten van beenmergstamcellen na een hartinfarct, is de klemtoon de laatste jaren komen te liggen op onderzoek naar stamcellen die zich al in het hart zélf bevinden.
Enkele jaren geleden zijn de onderzoekers er in geslaagd om een nieuw type stamcel te isoleren, namelijk: de 'cardiac atrial appendage stem cells', CASC afgekort. Die stamcellen komen uit het hartweefsel zélf en ze zijn als het ware voorgeprogrammeerd om uit te groeien tot functionele hartspiercellen.
"Dat isoleren hebben we zowel bij de mens als bij dieren kunnen doen,", zei professor Marc Hendrikx. Vervolgens is het de onderzoekers gelukt om de stamcellen in een labo te vermenigvuldigen zowel bij de mens als bij dieren, en die stamcellen maken veel hartspierweefsel aan.
"Het nieuwe type stamcel heeft enkele belangrijke voordelen in vergelijking met de eerder bekende types. Het nieuwe stamceltype, CASC genaamd, laat zich gemakkelijker isoleren en is vlot op te kweken in het laboratorium. Daardoor kan men veilig en snel tot grotere hoeveelheden bruikbare hartstamcellen komen dan in het verleden,” zeiden dr. Karen Hensen en dr. Remco Koninckx
Bij proefdieren, voornamelijk varkens die een infarct gehad hebben, werd het weefsel al teruggeplaatst en ook dat was een succes. Uit het onderzoek bleek dat de stamcellen effectief kunnen uitgroeien tot functionerende hartspiercellen, zodat de dieren ietwat beter functioneerden dan vóór hun infarct - en, in een aantal gevallen, functioneerde het hart zelfs opnieuw normaal.
De volgende stap is nu om het gekweekte hartspierweefsel ook bij mensen te plaatsen. Het is nog niet duidelijk wanneer dat zal gebeuren, maar volgens professor Hendrikx zal het "in elk geval geen jaren meer duren".
De bevindingen van het onderzoeksteam zijn gepubliceerd in het internationaal gerenommeerde tijdschrift 'Cardiovascular Research'. Voor dit onderzoek werd ook samengewerkt met de KU Leuven en de University of Health Sciences van Kaunas, Litouwen.