Het aardmagnetisch veld - ook wel aardmagneetveld genoemd - is het magnetisch veld dat de Aarde omringt en dat nog niet in zijn geheel kan worden verklaard.
Dit aardmagnetisch veld is van groot belang voor het leven. Zonder dat veld zou de dodelijke geïnionseerde straling van de zonnewind de atmosfeer rondom de aarde immers vrijwel geheel wegblazen, waardoor het aardoppervlak aan dodelijke straling vanuit de ruimte zou zijn blootgesteld. Alleen zeer primitieve organismen zouden dan daarna mogelijkerwijze tot ontwikkeling kunnen komen, omdat ze het overleefden. De invloedzone van het aardmagnetisch veld, die vele duizenden kilometers ver in de ruimte reikt, wordt de magnetosfeer genoemd.
De magnetische veldlijnen schieten op het zuidelijk halfrond uit het oppervlak om op het noordelijk halfrond de Aarde weer te bereiken. Dit betekent, dat de magnetische zuidpool zich bij de geografische noordpool – de pool op de denkbeeldige rotatieas – bevindt en niet bij de geografische zuidpool. De naald die het noorden op een kompas aangeeft, wijst naar de magnetische zuidpool - en dus ruwweg naar het geografische noorden. Verwarrend genoeg noemt men de magnetische zuidpool echter de geomagnetische noordpool! Op dezelfde manier wordt de magnetische noordpool de geomagnetische zuidpool genoemd.
Omdat het aardmagnetisch veld berust op de dynamowerking die - naar het schijnt - het gevolg is van het verschillend roteren van de vloeibare buitenkern en de vaste binnenkern, kon het veld zich pas ontwikkelen toen de oorspronkelijk volledig gemengde bouwstenen van de aarde zich door verschillen in dichtheid voldoen van elkaar hadden afgescheiden om 'schillen' - de korst, buitenmantel, binnenmantel, buitenkern en binnenkern - te vormen. Wanneer dat moment plaatsvond, is niet geheel duidelijk. De oudste gesteenten waaruit een aardmagnetisch veld kan worden afgeleid, zijn zo'n 3,2 miljard jaar jaar oud.
Natuurlijk zijn er nog andere theorieën, waarvan één zegt dat het om een externe dynamowerking gaat, en dus niet over een interne. Maar, daar heb ik het reeds eerder over gehad...
De elektrische invloed van bijvoorbeeld bliksem kan lokaal zorgen voor een verandering van dat magnetisch veld. Er is tijdens onweer veel meer elektrische spanning in de atmosfeer: het elektrische veld versterkt daarbij het aardmagnetisch veld tijdelijk en plaatselijk.
Sinds het begin van systematische metingen rond 1830 is de sterkte van het aardmagnetisch veld met ongeveer 10% afgenomen. In de 20e eeuw alleen bedroeg de afname 6%. Dit is een zeer snelle verandering op een geologische tijdschaal gezien, die tot nog toe nog niet is verklaard. Zo zou, volgens berekeningen, het veld pas na ongeveer 10.000 jaar verdwenen kunnen zijn, vooropgesteld dat de interne opwekking van het magneetveld geheel zou wegvallen. Dit is echter langzamer dan de waargenomen afname, waardoor het vermoeden is ontstaan dat het veld bezig is om te draaien. Hierbij zou een tegenovergesteld veld opgebouwd worden terwijl het huidige veld versneld wordt afgebroken.
In de loop van miljoenen jaren heeft het aardmagnetisch veld zich vaker omgekeerd. Deze omkeringen zijn voor de laatste 160 miljoen jaar redelijk nauwkeurig bekend. Wat daarbij opvalt is dat de omkeringen tegenwoordig, maar ook 150 miljoen jaar geleden, gemiddeld ongeveer elke 300 000 jaar plaatsvinden, maar dat er tussenin een 'stille' periode is geweest waarin er 40 miljoen jaar lang géén omkering plaatsvond. De huidige periode duurt overigens al 780 000 jaar.
De omkeringen worden waarschijnlijk veroorzaakt doordat er veranderingen in de elektrische stromen in het binnenste van de aardkern plaatsvinden. Hierbij zal de sterkte van het veld eerst enkele honderden jaren lang afnemen, om daarna in de tegenovergestelde richting weer toe te nemen.
Door de afname van de sterkte is het goed mogelijk dat de bescherming tegen de zonnewind voor het leven op Aarde vermindert gedurende de komende paar duizend jaar. Er is nog weinig bekend over de precieze gevolgen die een verhoogde dosis zonnewind in de atmosfeer heeft op het klimaat en het leven op Aarde.
Een aantal soorten dieren – zoals blindmuizen, postduiven, trekvogels, zeeschildpadden, haaien en waarschijnlijk walvissen – zijn in staat het aardmagnetisch veld waar te nemen en dat te gebruiken om zich te oriënteren bij het ondernemen van lange reizen. Dit fenomeen wordt verklaard doordat er zich in de organen van deze dieren ferromagnetische mineralen bevinden.
Een aantal in oppervlaktewater levende micro-aerofiele bacteriën hebben organellen die magnetosomen genoemd worden en die de magnetische mineralen magnetiet of greigiet bevatten. Hierdoor worden de bacteriën parallel aan de veldlijnen van het aardmagnetisch veld gericht. Op het noordelijk halfrond 'zwemmen' ze hierdoor naar het zuiden; op het zuidelijk halfrond naar het noorden. Vanwege de inclinatie van het magneetveld zullen ze echter in beide gevallen ook naar onderen zwemmen en in de voor deze soorten bacteriën gebruikelijke bodemmilieus blijven waar de zuurstofconcentraties laag zijn. In de biologie noemt men dit verschijnsel magnetotaxis.
Maar, wat nog belangrijker is, is het feit dat ditzelfde aardmagnetische veld de innerlijke rust van elke mens kan verstoren. De onwetende mens vertaalt het dan op dat eigenlijke moment als 'zenuwachtigheid' - en, in plaats van die energie in zichzelf om te zetten in iets anders, verkrijgt die mens het gevoel dat hij/zij zich van iets moet 'bevrijden' - of, noem het 'ontlasten'. En, als dit gevoel niet de individuele mens bereikt, maar een gehele massa, dan kan dat 'vrijheidsgevoel' ontaarden in opstanden, verzet en revolutie, bijvoorbeeld.
Achteraf, wanneer die innerlijke storm is geluwd, snapt geen mens waarom de dingen, zoals ze zich hebben voorgedaan, zijn gebeurd...