De voorganger van de zogenaamde 'aurafotografie' is de Kirlianfotografie dat in 1930 toevallig werd ontdekt door het echtpaar Semjon en Valentina Kirlian, twee Russische technici. Kirlianfotografie is het fotograferen van objecten in een hoogfrequent hoogspanningsveld met een spanning van meer dan 1.000 volt.
De eerste zogenaamde 'aurafoto' werd door de uitvinder en wetenschapper Nikola Tesla in 1891 gemaakt. In die tijd werd er verondersteld dat een Kirlianfoto een doorsnede laat zien van fysieke, emotionele en mentale energie. Deze energie vormde de aura van alle levende wezens. Deze methode werd verder ontwikkeld en verfijnd door Peter Mandel, een Duitse homeopaat en acupuncturist, die zich vooral specialiseerde in chromopunctuur. Hij vergeleek gedurende jaren ruim 1 miljoen kirlianfoto's van zieke mensen met de uitslagen van regulier laboratoriumonderzoek. Aan bepaalde kleuren die op de foto aldus zichtbaar waren, werden door sommigen bepaalde persoonlijke eigenschappen gekoppeld, maar ook ziekten of aandoeningen.
Eén van de hypothetische verklaringen aangaande de Kirlianfotografie is de volgende: Ieder object heeft een grensvlak met de omgeving waarin het zich bevindt. In de lucht ontstaat daarop een grenslaag met een mengsel van verschillende gassen. Deze grenslaag wordt dynamisch beïnvloed door het uitgassen van het object. Dit uit zich voornamelijk bij levende objecten. Anderzijds worden gassen in de grenslaag opgenomen uit de atmosfeer door affiniteit of adhesie met het object.
Door ionisatie kan deze dynamische gasgrenslaag zichtbaar worden gemaakt. De proefnemingen van Nikola Tesla, bijvoorbeeld, ondersteunden het bewijs ervan.
Vaak zijn bij levende objecten een soort kleurige 'fonteinen' of 'uitstralingen' zichtbaar. Bij een afgesneden plant, is dit goed zichtbaar. Het is te verklaren doordat vloeistof verdampt die zich in een vezel bevindt. Een afgesneden plant verdroogd en raakt dus door verdamping zijn vloeistoffen met een deel van de daarin opgeloste stoffen kwijt.
Bij de huid van mens of dier vindt ook uitgassen in de vorm van met kirlian zichtbaar gemaakte 'uitstralingen' plaats. Het zal voornamelijk ontstaan bij zweetklieren. Eenvoudig is vast te stellen dat de verdamping ook sterk plaats vindt bij de acupunctuurpunten. Dit kan verklaard worden doordat de acupunctuurmeredianen te beschouwen zijn als vloeistofkanalen voor lichaamsvochten. In die lichaamsvochten zijn verschillende chemische (vloeistof)ionen opgelost. De aard van die ionen geeft een bepaalde kleur, en de doorlaatbaarheid van het weefsel voor de lichaamsvloeistoffen (de meridianen) geven de intensiteit van de uitstraling.
Als een extraatje hebben we er een spiertest bijgedaan..., aangevuld met een videoclip van Gerald Woerlee, die uitlegt hoe het komt dat sommige mensen een 'aura' kunnen zien. Sommige mensen? Jij ook, natuurlijk en je kunt het in een tiental seconden aanleren! Hij nodigt je zelfs uit om zijn boek 'The Unholy Legacy of Abraham' te downloaden, gratis nog wel.
Wetenschappers geven ons vandaag de dag te kennen dat het menselijke lichaam als het ware gloeit, waarbij het in uiterst kleine hoeveelheden zichtbaar licht uitstraalt waarvan de sterkte fluctueert, afhankelijk van het tijdstip van de dag. In wezen geven alle levende wezens heel zachtjes licht af. Men vermoedt dat het een nevenproduct is van biochemische reacties, waarbij vrije radicalen zijn betrokken. Het zichtbare licht dat ons lichaam afgeeft, is duizend maal zwakker dan de niveaus die voor onze ogen gevoelig zijn.
Er bestaan verschillende vormen van licht en het is de golflengte die de onderscheiding maakt. Onze ogen zijn slechts gevoelig aan golflengten tussen 750 nanometer (rood) en 380 nanometer (violet). Bij golflengtes boven de 750 nm spreekt men van infrarood licht, bij golflengtes onder de 380 nm van ultraviolet licht. Beide zijn niet door de mens via de ogen waarneembaar.
Houd er dus wel rekening mee dat zichtbaar licht sterk verschilt van infraroodradiatie, dat een onzichtbare vorm van licht is, en dat dankzij de lichaamswarmte wordt afgegeven.
Om meer over dit heel zwak licht aan de weet te komen, hebben Japanse wetenschappers extragevoelige camera's ontworpen, die in staat zijn enkelvoudige fotonen waar te nemen en in beelden vast te leggen. Vijf gezonde, jonge mannelijke vrijwilligers met ontbloot bovenlijf werden in een volledige verduisterde en sterk afgekoelde kamer geplaatst. De camera's werden elke drie uur 20 minuten lang op hen gericht; dit, drie dagen lang.
Ze kwamen tot de vaststelling dat de gloed gedurende de dag zowel versterkte als afnam. De zwakste lichtsterkte geschiedde om 10 uur 's morgens en bereikte de hoogste piek om 4 uur in de namiddag, om dan weer langzamerhand af te zwakken. Deze bevindingen suggereren dat de uitstralingen van het licht gerelateerd zijn met onze inwendige klok en hoogstwaarschijnlijk veroorzaakt door het metabolische ritme, die in de loop van de dag effectief fluctueert.
Gezichten stralen meer licht uit dan de andere delen van ons lichaam. Het zou kunnen dat de reden daarvan is dat het meer aan het zonlicht wordt blootgesteld. Het organische pigment melanine bezit fluorescerende componenten die mogelijkerwijze de oorzaak zijn van de verhoogde lichtsterkte.
Ikzelf denk dat de reden eerder te vinden is in het feit dat de andere delen van ons lichaam door onze kledij worden warm gehouden. In het blote hoofd moet de 'interne verwarming' harder werken teneinde de juiste temperatuur te behouden. Dit kan gepaard gaan met een hogere afgifte warmte, maar ook van licht. Het is maar een veronderstelling ...
"Daar het zwakke licht verbonden is met de metabolisme van het lichaam wijzen deze bevindingen eveneens op het feit dat de camera's in staat zijn zwakkere uitstralingen te detecteren en op deze manier een toekomstige bijdrage kunnen leveren in het opsporen van aandoeningen," zei de onderzoeker Hitoshi Okamura, een circadische bioloog van de Japanse Kyoto Universiteit.
Deze detectie gaat natuurlijk ook op wat de lichaamswarmte betreft. Indien een orgaan minder goed werkt, dan geeft het niet enkel en alleen minder licht af, maar ook minder warmte. Mensen die over 'gevoelige handen' beschikken, kunnen het lichaam van anderen op enkele centimeters afstand afscannen en de zwakke plekken - dankzij het verschil in lichaamswarmte - daadwerkelijk aanvoelen, en daarvoor hoeft men niet over een zesde, zevende of achtste zintuig te beschikken. Probeer het zelfs maar eens uit!