|
Stanley Hauerwas - Een theologische biografie
|
|
Ariaan Baan en Jan Martijn Abrahamse
|
Type:
|
Paperback
|
Uitgever:
|
|
Gewicht:
|
225 gram
|
Aantal Pagina's:
|
143
|
ISBN:
|
90-4353-803-5
|
ISBN-13:
|
978-90-4353-803-9
|
Categorie:
|
Christendom
|
Richtprijs:
|
€ 14,99
|
Korte Inhoud
De 82-jarige Stanley Hauerwas is een begrip in de theologie. Soms wordt zijn werk geroemd om zijn radicaliteit, tegendraadsheid en profetisch vermogen, dan weer bekritiseerd als tribalistisch, onrealistisch en te weinig samenhangend. Maar is dat het hele verhaal? In dit boek nemen Ariaan Baan en Jan Martijn Abrahamse de lezer mee in het leven en denken van Hauerwas, niet alleen om een vollediger beeld te geven van zijn theologische oeuvre, maar ook om te laten zien wat ‘Stanley’ drijft als theoloog en als mens.
- Stanley Hauerwas werd door The New York Times "de belangrijkste theoloog van het nieuwe millennium" genoemd.
Uittreksel
Evaluatie van een profetisch theoloog
In dit boek hebben wij je kennis laten maken met Stanley Hauerwas. We hebben zijn levensverhaal verteld en zijn theologie geïntroduceerd. Zijn uitgesproken theologie heeft in de loop van zijn leven natuurlijk niet alleen instemming gekregen, maar ook stevige kritiek. Het is onmogelijk om al die kritiek hier in een paar bladzijden samen te vatten. Wat we wel zullen doen in dit hoofdstuk is een evaluatie geven van zijn theologie, waarbij we veelgehoorde kritiek niet onbenoemd laten en ook aangeven wat de kracht van zijn theologie is. Deze evaluatie is positief-kritisch van toon. We weten uit eigen ervaring dat de theologie van Hauerwas overweldigend kan zijn. Je raakt snel onder de indruk van zijn ironische beschouwingen op de westerse cultduur en van de radicaliteit van zijn visie op de kerk. Tegelijk is daar ook de weerbarstigheid van het gegeven dat, om met Abraham Kuyper te spreken, 'de kerk tegenvalt terwijl de wereld meevalt.' Daarom willen we ook kanttekeningen zetten bij zijn werk. We gaan met name in op wat Hauerwas te zeggen heeft voor christenen die leven in de 21e eeuw.
In dit boekje hebben we Hauerwas leren kennen als een theoloog die zich met al zijn intellectuele gretigheid heeft gestort op de grote thema's die spelen in de kerk en in de samenleving, in de theologie en in de filosofie. Hauerwas lezen is dan ook nooit saai. De scherpe ironie waarmee hij heilige huisjes omverwerpt is steeds weer verfrissend. Zijn gedurfde analyses waarin cultuurfilosofie en theologische ethiek op een prikkelende manier met elkaar verweven zijn, zijn bijna altijd raak. Het geeft zijn essays een spannende en urgente toon: het gaat echt ergens over! Tegelijk doet de hoeveelheid namen en geschetste posities je ook duizelen en je vraagt je af: 'Hoe krijgt hij al die uiteenlopende gezichtspunten van al die verschillende auteurs in een betoog geperst?' Vaak overtuigt het, maar zeker niet altijd. Zoals Hauerwas zelf ook toegeeft, is het feit dat hij overal in geïnteresseerd is ook zijn zwakte. Hij neemt zelden de tijd voor het gebruikelijke hermeneutische vakwerk waarin de interpretatie van teksten zorgvuldig gewogen wordt in samen-spraak met andere specialisten. Hij merkt bijvoorbeeld geregeld op dat hij overeenkomsten ziet tussen de manier waarop Thomas van Aquino en Karl Barth theologie bedrijven, omdat het geleefde leven van christenen een belangrijke rol speelt in hun theologie. Nergens in zijn werk vind je echter een gedegen vergelijking van de deugdenleer van Thomas en de heiligingsieer van Barth. Zo gaat het ook in zijn omgang met de Bijbel. Hauerwas geeft een bepaalde uitleg, zonder dat hij deze verder verantwoordt of vergelijkt met alternatieve interpretaties.
Iets vergelijkbaars zie je in de samenwerkingsprojecten met andere theologen. Hauerwas heeft de neiging om zijn theologische taal aan te passen aan degene met wie hij samenwerkt: als hij met David Burrell schrijft, klinkt hij katholiek, als hij met Will Willimon schrijft klinkt hij methodistisch, als hij met Sam Wells schrijft klinkt hij anglicaans, en als hij over Yoder schrijft (hij heeft opvallend genoeg nooit iets samen met hem geschreven) klinkt hij mennonitisch. Door deze samenwerkingsprojecten aan te gaan, heeft hij willen suggereren dat elk van deze tradities een waarachtige invulling geeft van de opdracht om gemeenschap van Christus te zijn. In zekere zin is hij dus een zeer oecumenisch ingesteld denker: hij haalt wat bij uiteenlopende tradities en voor elke traditie valt er ook wel iets bij hem te halen. Wat echter ook opvalt, is dat hij zelden ingaat op de theologische geschilpunten die er tussen de tradities bestaan. Toch kan je die verschillen ons inziens niet negeren. Methodisten meenden immers op goede gronden dat ze van de anglicanen af moesten scheiden, terwijl die anglicanen die afscheiding afkeurden. Mennonieten en katholieken blijven toch echt anders denken over de kerk en over het ambt. Vandaar dat veel critici Hauerwas ook de vraag hebben gesteld: 'Tot welke traditie behoor jij nou eigenlijk zelf?' Terwijl hij in zijn ethische analyses zeer kritisch is op het idee van 'vrije keuze', lijkt het erop dat hij in zijn omgang met tradities 'kiest' wat hem aanspreekt. Hij werkt hierbij intuïtief en eclectisch, waarbij een grondige verantwoording van zijn voorkeuren ontbreekt.
Heiliging en rechtvaardiging
We hebben gezien dat Karl Barth voor Hauerwas een belangrijke theologische gids is. Hij heeft van hem geleerd dat Gods zelfopenbaring in Jezus Christus een uniek gebeuren is dat de identiteit van de kerk fundeert: de kerk is een gemeenschap die in spreken en handelen getuigenis aflegt van de blijde boodschap dat God in Jezus met ons is. Barth leerde hem ook om een profetische stem te ontwikkelen die 'nee' kan zeggen tegen verschijnselen die christelijk lijken en zich daarmee soms publiekelijk tooien, maar in wezen afgoden zijn. Dat 'nee' van Hauerwas klinkt onder meer in het essay dat we aan het begin van dit boek bespraken, waarin hij de religieuze vromigheid die gepaard gaat met de nationalistische steun voor Donald Trump bekritiseerde. In deze kritiek horen we een echo van de Barmer Thesen, de belijdenis die de Bekennende Kirche in 1933 onder leiding van Barth formuleerde tegen de koers van de Duitse kerk, waarin het nationaalsocialisme vermengd werd met het evangelie.
Tegelijk heeft Hauerwas Barth ook stevig bekritiseerd. In zijn dissertatie stelt hij dat het Barth niet goed lukt om uit te leggen dat God zijn mensen niet alleen rechtvaardigt maar ook heiligt. In zijn Gifford Lectures stelt hij dat Barth te weinig aandacht heeft voor het theologisch belang van het geleefde leven van de kerk. Wij denken dat Hauerwas — mogelijk ongewild — de tegenovergestelde fout maakt. Het lukt hem niet goed om uit te leggen dat God zijn mensen niet alleen heiligt maar eerst ook rechtvaardigt. Hij heeft te weinig oog voor het gegeven dat Gods zelfopenbaring in Jezus Christus begint als een daad van pure genade: ondanks onze zonden worden wij mensen door God gerechtvaardigd. Rechtvaardiging is 'genade om niet', hebben we van Luther geleerd. Het gebrek aan aandacht voor deze 'objectieve kant van het heil' maakt dat Hauerwas' theologie soms te antropocentrisch klinkt. Alle aandacht gaat naar de mens, naar hoe wij getrouw en waarachtig kunnen leven.
Je ziet deze tekortkoming bijvoorbeeld in de uitleg van de doop van Jezus die Hauerwas en Wells in The Blackwell Companion te Christian Ethics geven. Ze betrekken de proclamatie van Johannes de Doper dat Jezus gekomen is om 'alle gerechtigheid te vervullen' onmiddellijk ook op de kerk. Door hun doop vormen christenen het lichaam van Christus en zo kunnen zij doen wat Jezus deed. Hauerwas en Wells zien niet dat die proclamatie in het evangelie van Mattheus uitsluitend betrekking heeft op Jezus. Hij doet dat wat niemand anders kan, door zijn leven, lijden, dood en opstanding vervult Hij alle gerechtigheid.
Recensie
door
Tsenne Kikke
De rol van getuigenis is een terugkerend thema in het werk van Stanley Hauerwas: door de waarheid te verkondigen in een wereld van leugens, door vrede te zoeken in een wereld van geweld, laten getuigen zien wie God is, wie wij zijn, en hoe de wereld in elkaar zit. Ariaan W. Baan betoogte reeds eerder dat Hauerwas' benadering een belangrijke bijdrage levert aan de huidige debatten in de systematische theologie over de relatie tussen waarheid en leven. Het lezen van Hauerwas kan een hachelijk avontuur zijn. Baan merkte ook op dat onverwachte pericopen in de Schrift, zoals Jesaja en Openbaring, Hauerwas's getuigenis ondersteunen, en concludeerde dat zijn werk inzicht bood in hoe in onze laatmoderne samenleving zulke uiteenlopende groepen als martelaren en popsterren impliciet getuigenis afleggen door hun leven.
Ook werd 'Stanley Hauerwas - Een theologische biografie' op de frontpagina gepubliceerd.
|