|
Chawa, het verhaal van Eva
|
|
Originele titel: Havah, the story of Eve
Tosca Lee
|
Type:
|
Paperback
|
Uitgever:
|
Kok
|
Gewicht:
|
430 gram
|
Aantal Pagina's:
|
318
|
ISBN:
|
90-435-1708-9
|
ISBN-13:
|
978-90-435-1708-9
|
Categorie:
|
Religieus
|
Richtprijs:
|
€ 19,95
|
Korte Inhoud
Chawa. De naam klinkt als een vurige zucht. Ik ben de levenskracht, die wordt uitgedrukt in een fluistering. Als de adem van de Ene, die de adam de levensvonk gaf. Ik leef.
Het is het oudste verhaal ooit verteld. Nu horen we opnieuw hoe het allemaal begon - uit de mond van de moeder aller levenden. Dit is Eva zoals je haar nog niet kende. Luister en huiver.
'Word wakker.' Op dit gefluisterde bevel opent Chawa haar ogen in het paradijs. Met dezelfde woorden begint ook haar openhartige relaas. Over haar schepper. De tomeloze liefde voor 'de adam'. De schoonheid van de slang. Het toenemende verlangen naar de verboden vrucht. De worsteling met onmacht. En de ondergang van de wereld, die vervalt tot een plaats waar vrede ver te zoeken is. Eva vertelt daarmee niet alleen haar eigen verhaal, maar dat van ons allemaal. En spaart niets of niemand.
Uittreksel
Blz. 9: Een fluistering in mijn oor: word wakker!
Blauw. Een zee vol niets, behalve een donsveertje, voortgestuwd door een onzichtbare stroming. Ik sloot mijn ogen. Licht deed de dunne huid van mijn oogleden gloeien.
Ergens kwinkeleerde een vogel. Vlak bij mijn oor klonk het zoemen van een insect. Boombladeren ritselden boven mijn hoofd in de warme wind.
Ik lag op een zacht bed van kruidig gras dat kriebelde aan mijn wang, tegen mijn schouders, en onder mijn voet, en ruisend geheimpjes fluisterde tegen de bomen.
Ik hoorde het gonzen van de sapstroom in de stengels; de kloppende nerven in de bladeren; het bonzen van mijn eigen hart dat aangenaam samenklonk met honderden andere geluiden om me heen; de beweging van de aarde onder mij.
Ik zuchtte alsof ik weer in slaap viel, alsof ik me weer terugtrok naar de plaats waar ik vandaan gekomen was, het rijk van stilte en gelukzaligheid - waar dat dan ook was.
Word wakker!
Ik opende mijn ogen weer en keek naar het warrelende blauw, dat op dat moment doorbroken werd door een voorbijvliegende vogel, als een pijl door de lucht.
Deze keer klonk de stem niet in mijn oren, maar rechtstreeks in mijn hoofd: word wakker!
Het klonk geamuseerd.
Ik wist niet waar of wat ik was, en begreep niets van het aangename rumoer om me heen of het eeuwige weidse blauw boven me. Maar ik werd wakker en wist dat ik leefde.
Een geritsel, een kreun, vlak bij mijn oor. Ik trok met mijn been toen ik iets tegen mijn heup voelde. Even later voelde ik iets strelen langs de buik waarvan ik nog niet wist dat ik die bezat, zacht als een blad dat door de lucht dwarrelt.
Een gezicht verscheen voor mijn ogen. Ik gilde. Niet uit angst - ik was niet bekend met angst - noch uit schrik, omdat ik me al eerder bewust was geweest van de aanwezigheid van een ander, maar omdat dat het enige geluid was dat over mijn onervaren li¬pen wilde komen.
Het gezicht verdween en kwam weer terug. Twee ogen keken knipperend in de mijne, het blauw van de hemel, gevangen in twee eendere poelen. Er trok een huivering van blijdschap door me heen, als water dat van een rots gutst. Maar het gevoel kwam niet uit mijzelf.
Eindelijk! Een onuitgesproken woord - een andere stem dan die ik eerder had gehoord - en toen triomfantelijk hardop, als een juichkreet: 'Eindelijk!'
Hij stond op benen als jonge boomstammen en stampte met zijn voeten op de aarde. Hij bonsde op zijn borst, schreeuwde het uit naar de zon en klapte in zijn handen. 'Eindelijk!' riep hij, en zijn lachen klonk zoals warme klei voelt tussen je tenen. Hij schudde van plezier en stampte op het gras, terwijl hij zichzelf op de borst sloeg en het opnieuw uitschreeuwde, en nog eens. Hoewel ik niet begreep wat hij riep, wist ik onmiddellijk wat het betekende: vreugde en uitgelatenheid, omdat hij iets had gevonden waar hij lange tijd naar had verlangd.
Ik probeerde het geluid na te doen. Het kwam eruit als een schelle schreeuw en daarna een hijgende lach. Boven mijn hoofd kwetterde een leeuwerik een uitgebreide toespraak. Ik antwoordde schril. Het gezicht kwam dicht bij het mijne en de man sloeg zijn armen om me heen, stevig en vast.
`Vlees van mijn vlees,' fluisterde hij, warm tegen mijn oor. Zijn vingers dwaalden van mijn haren naar mijn lichaam, rondzwervend als een bok op de flanken van de Heilige Berg. Ik zuchtte en blies de laatste restjes van mijn eerste ademteug uit, de adem die me gegeven was.
Recensie
door
Tsenne Kikke
Tosca Lee heeft voor haar debuutroman over een bijbels figuur gekozen voor Eva (of "Chawa" zoals ze haar noemt), de eerste vrouw. In het boek wordt beschreven hoe Eva haar leven ervaart na haar eerste "ontwaken" als jong volwassen vrouw. De volmaakte harmonie met "De Ene die Is" (zoals God genoemd wordt), Adam en haar omgeving. Maar nadat Eva is bezweken voor de verleiding om van de verboden boom te eten, verandert alles: ze moeten weg, dieren die ze bij naam kenden worden gedood om hen te kunnen kleden of vormen een bedreiging. Ineens is het leven moeilijk: naast blijdschap om de geboorte van kinderen en de voldoening in het ontwikkelen van vaardigheden zijn er overstromingen en gaan oogsten verloren. Ze maken kennis met ziekte en moeten zelfs (klein)kinderen begraven. Onderlinge verhoudingen zijn verstoord, zowel tussen Adam en Eva als tussen hun kinderen en ze weten niet langer vanzelfsprekend wat God van hen wil. Beeldend geschreven verhaal (niet alleen voor christelijke lezeressen) in een gemakkelijke stijl, dat blijft boeien tot het eind.
- M. Middendorp -
Het verhaal eindigt op een even poëtische manier als het begon. Het boek wordt vooral aangeraden aan vrouwelijke lezers, teneinde een totaal andere kijk te verkrijgen op de eerste vrouw én op de beginselen waarop de geschiedenis van de mensheid berust.
|