Originele titel: La science des rêves
Guillaume Jacquemont
|
Type:
|
Paperback
|
Uitgever:
|
|
Gewicht:
|
350 gram
|
Aantal Pagina's:
|
267
|
ISBN:
|
90-2590-978-7
|
ISBN-13:
|
978-90-2590-978-9
|
Categorie:
|
Slaap & Dromen
|
Richtprijs:
|
€ 20,99
|
Korte Inhoud
Leer dromen onthouden, interpreteren en sturen met dit populair wetenschappelijke boek.
Elke nacht dromen we urenlang. Van die dromen onthouden we maar een uiterst klein deel. Toch nemen we deze fantastische en soms angstaanjagende ervaringen mee naar ons dagelijkse leven. Recent psychologisch en neurowetenschappelijk onderzoek heeft de inzichten over dromen ingrijpend gewijzigd: we kunnen veel over onszelf te weten komen als we onze dromen weten te decoderen.
'De wetenschap van dromen' nodigt uit tot een reis door deze wondere wereld en biedt technieken aan om onze dromen te onthouden, te begrijpen, en zelfs te sturen. Wat betekenen onze dromen en wat hebben ze ons te vertellen? Kunnen we ons verweren tegen nachtmerries? En hoe leren we om lucide te dromen?
Guillaume Jacquemont: "Ik hoop dat u nooit meer gaat slapen zonder even nieuwsgierig te denken: hoe zullen vannacht mijn dromen alles wat ik ben en alles wat ik heb meegemaakt met elkaar vermengen en tot ongelofelijke verhalen aan elkaar breien?"
Uittreksel
De oorsprong van dromen
Sommige onderzoekers gaan ervan uit dat dromen
zijn voortgekomen uit evolutionaire selectie: de
droom zou de mensheid hebben geholpen om te
overleven.
De eigenaardigheid van dromen is te verklaren uit de ongewone hersenactiviteit tijdens de slaap, maar waarom worden onze hersenen op zo'n vreemde manier actief? Voor veel wetenschappers is het antwoord duidelijk. Zij menen dat dromen, en de specifieke hersenwerking die ermee gepaard gaat, het gevolg zijn van evolutionaire selectie.
Uit sommige onderzoeken blijkt inderdaad dat dromen een heilzame werking hebben: ze zouden ons helpen om beter met dreigingen in de werkelijke wereld en met negatieve gevoelens om te kunnen gaan. Bovendien zouden ze ons helpen te anticiperen, te onthouden en nieuwe ideeën op te doen. In de tijd van onze verre voorouders zouden degenen die het meest droomden dan ook het langst leven en zich het succesvolst hebben voortgeplant. Het droomvermogen van ons brein zou dus van generatie op generatie groter zijn geworden.
Andere onderzoekers menen dat niet de dromen evolutionair zijn geselecteerd, maar veeleer de hersenen in hun totaliteit. Dit orgaan voorziet ons van een ongeëvenaard reflectie- en aanpassingsvermogen, en juist dat vermogen zou een doorslaggevend voordeel zijn voor de instandhouding van onze soort. Dromen zouden slechts een neveneffect zijn van de hersenwerking, als een soort bijgeluid van de almaar draaiende machine, want ons brein stopt nooit - behalve bij de dood.
's Nachts blijven onze hersenen alsmaar beelden, gedachten, emoties en scenario's produceren, kortom: het brein droomt. 'Zodra het menselijk bewustzijn voldoende verbeeldingskracht had ontwikkeld kon het worden gebruikt om voor oplossingen te zorgen en om te anticiperen, te verbeelden en te bedenken - als het tenminste niet door de ons omringende werkelijkheid in beslag genomen werd. Vanaf die tijd moest de nacht zich wel vullen met dromen,' aldus psycholoog Jacques Montangero.
Maar hoe komen al die verhalen en beelden tot stand? Kunnen de scenario's van onze dromen ons iets leren over onszelf? Ook hierover zijn de onderzoekers het niet eens. Het interpretatievraagstuk is zelfs het grootste twistpunt in de droomwetenschap. Volgens sommigen heeft droomduiding geen enkele wetenschappelijke waarde.
Een deel van de deskundigen meent dat droomscenario's min of meer willekeurig tot stand komen: de hersenstam zou in zekere mate toevallig herinneringen of recente gevoelens activeren en op basis daarvan zou het brein een verhaal in elkaar draaien. Anderen zien dromen als een soort tamelijk algemene mentale routines, evolutionair bepaald om voor de eerdergenoemde weldadige werking te zorgen. Droomt u bijvoorbeeld dat uw huis instort, dan betekent dat niet dat u bang bent dat de hele wereld ineenstort, maar - tja - dat er nu eenmaal weleens een huis instort en dat uw droom u daarop voorbereidt.
Maar veel droomspecialisten wijzen dit idee af. Zonder per se de heilzame werking te ontkennen, menen zij dat dromen geen stereotiepe scenario's opleveren aangezien het droombrein een bepaalde bewegingsvrijheid behoudt om persoonsafhankelijke verhalen te produceren, en zelfs veel mogelijkheden heeft tot symbolisering. In die zin hebben dromen ons veel te leren over onszelf. Maar dan moeten we ze wel kunnen interpreteren.
Recensie
door
Tsenne Kikke
Probeer je rechterhand door je linkerhand te steken. Ga je gang en experimenteer. Werkt het niet? Oké. Dan ben je niet aan het dromen. Dit soort oefening is wat wij noemen een realiteitscheck. Als je in een droom was geweest, zouden de vingers van je rechterhand zonder moeite door de palm van je linkerhand zijn gegaan.
Wetenschappelijk journalist van het maandblad 'Cerveau & Psycho', Guillaume Jacquemont, neemt jou via dit boek bij de hand om je via een 'deur' naar de andere kant te leiden; een deur, die de werkelijkheid van de droomwereld scheidt. Je zou nu je nachtleven beter moeten kennen.
En...
Wist je, bijvoorbeeld, dat de komst van de kleurentelevisie onze dromen enorm heeft gekleurd sinds de jaren vijftig, toen de overgrote meerderheid van de dromen nog in zwart-wit waren? Dat mannen en vrouwen ongelijk zijn als het op erotische dromen aankomt (het ene geslacht heeft er vijf keer meer dan het andere, we laten het aan jou over om te raden welk geslacht)? Je kent waarschijnlijk de jetlag, maar heb je al eens gehoord van 'dreamlag'?
En wil je het recept weten om 'lucide dromer te worden? Een goede raad: neem elke avond de tijd om een paar bladzijden te lezen van deze verhandeling over dromen, voordat je je in deze toestand stort, die jou niet een paar minuten maar verscheidene uren per nacht bezighoudt.
|