Pim van Lommel
|
Type:
|
Paperback
|
Uitgever:
|
Ten Have
|
Gewicht:
|
720 gram
|
Aantal Pagina's:
|
403
|
ISBN:
|
90-259-6000-6
|
ISBN-13:
|
978-90-259-6000-1
|
Categorie:
|
Paranormale vermogens
|
Richtprijs:
|
€ 26,5
|
Korte Inhoud
In 2001 publiceerde cardioloog Pim van Lommel n het gerenommeerde medische tijdschrift The Lancet over zijn onderzoek naar bijna-dood ervaringen (BDE) bij 344 Nederlandse patiënten. Zij hadden een hartstilstand in het ziekenhuis gehad. Van hen bleken er 62 een BDE te hebben meegemaakt. Van Lommels artikel was wereldnieuws.
Sindsdien kunnen we niet meer om het verschijnsel 'bijna-dood ervaring' heen. Het is een authentieke ervaring, niet te herleiden tot fantasie, psychose of zuurstoftekort; een BDE verandert mensen blijvend.
In 'Eindeloos bewustzijn' legt van Lommel stap voor stap uit hoe mensen die klinisch dood zijn toch zo'n indringende ervaring kunnen hebben. Hij doorspekt zijn betoog met verhalen van mensen die een BDE hebben meegemaakt. Met de meesten van hen heeft Van Lommel persoonlijk contact gehad.
Volgens Van Lommel is de heersende, materialistische visie van artsen, filosofen en psychologen op de relatie tussen hersenen en bewustzijn te beperkt is om het verschijnsel te kunnen duiden. Er zijn goede redenen om aan te nemen dat ons bewustzijn niet altijd samenvalt met het functioneren van onze hersenen: het kan ook los van ons lichaam ervaren worden.
Pim van Lommel (1943) was van 1977 tot 2003 als cardioloog verbonden aan het Rijnstate Ziekenhuis in Arnhem. Sindsdien houdt hij over de hele wereld lezingen over BDE en de relatie tussen bewustzijn en hersenfunctie.
Zijn bestseller is al meer dan 110.000 keer over de toonbank gegaan. De vertaalrechten zijn al aan diverse landen verkocht. Het boek zal in ieder geval in het Engels (Harper Collins, winter 2010), Duits (Patmos, najaar 2009), Frans (Robert Laffont) en Pools (Ars Vitae) verschijnen
Uittreksel
Blz. 15: Inleiding
Alle wetenschap is ervaringswetenschap, alle theorie is ondergeschikt aan de waarneming, één enkel feit kan de macht hebben een heel systeem te doen vallen. - Arts en auteur Frederik van Eeden' (1860-1932) -
Hoe het begon
Het is 1969. Op de hartbewaking gaat plotseling het alarm af. Op de monitor is te zien dat het elektrocardiogram van een patiënt met een hartinfarct totaal vlak is geworden. Hij heeft een hartstilstand gekregen. Twee verpleegkundigen rennen naar de patiënt die inmiddels niet meer aanspreekbaar is en sluiten snel de gordijnen om zijn bed. Eén verpleegkundige begint met uitwendige hartmassage, de ander doet een kort buisje in zijn mond en geeft extra zuurstof via een kapje dat op de mond van de bewusteloze patiënt wordt geplaatst. De derde verpleegkundige komt aanrennen met de reanimatiekar waar de defibrillator op staat. De defibrillator wordt opgeladen, de paddels worden van gelei voorzien, de borst van de patiënt wordt ontbloot, iedereen laat de patiënt en zijn bed los, en de patiënt wordt gedefibrilleerd. Hij krijgt een stroomstoot op de borst. Zonder succes. Hartmassage en uitwendige beademing worden hervat en in overleg met de arts wordt extra medicatie in het infuus gespoten. Hierna wordt de patiënt voor de tweede keer gedefibrilleerd. Nu herstelt het hartritme zich wel en ruim één minuut later, na een bewusteloosheid die ongeveer vier minuten heeft geduurd, komt de patiënt tot grote opluchting van de verpleging en de aanwezige arts weer bij bewustzijn. De aanwezige arts was ik. Ik was dat jaar begonnen met mijn opleiding cardiologie.
Na de geslaagde reanimatie was iedereen tevreden, behalve de patiënt. Hij was met succes gereanimeerd, maar desondanks was hij tot ieders verbazing erg teleurgesteld. Hij vertelde over een tunnel, over kleuren, over een licht, over een prachtig landschap en over muziek.
Hij was heel emotioneel. De term bijna-dood ervaring (BDE) bestond nog niet, en ik had ook nooit eerder gehoord dat mensen herinneringen konden hebben aan de periode van hun hartstilstand. Ik had tijdens mijn studie geleerd dat zoiets helemaal niet mogelijk was: bewusteloos zijn betekent geen bewustzijn ervaren, en dat geldt dus voor patiënten met een hartstilstand of voor patiënten in coma. Op zo'n moment zou het gewoonweg onmogelijk zijn om bewustzijn te ervaren of herinneringen te hebben omdat alle hersenfuncties zijn uitgevallen. Bij een hartstilstand is een patiënt bewusteloos, hij ademt niet meer en hij heeft geen meetbare pols of bloeddruk.
(Bijna) dood in het ziekenhuis
De eerste hartbewakingsafdelingen zijn in Nederlandse ziekenhuizen gestart in 1966, toen uitwendige hartmassage en toediening van extra zuurstof in combinatie met uitwendige defibrillatie (een stroomstoot) een nieuwe en effectieve behandelingsmogelijkheid bleken te zijn voor patiënten met een hartstilstand. Een hartstilstand was en is nog steeds de meest frequente doodsoorzaak voor mensen met een hartinfarct. Per jaar sterven in Nederland ongeveer 40.000 mensen aan een hartstilstand. Sinds de moderne mogelijkheden van reanimatie en de oprichting van hartbewakingsafdelingen is de sterfte aan een hartstilstand duidelijk afgenomen en maakt men tegenwoordig geregeld mee dat patiënten hun hartstilstand dankzij een reanimatie overleven.
Als cardioloog werd ik bijna dagelijks geconfronteerd met het probleem van de dood. Men wordt als arts bijna gedwongen om na te denken over alle emotionele, filosofische en fysiologische aspecten van leven en dood. Maar dit denken komt meestal pas werkelijk op gang wanneer men in het persoonlijke leven geconfronteerd wordt met de dood van een familielid. In mijn geval was dat het overlijden van mijn moeder op 62-jarige en van mijn broer op 41-jarige leeftijd.
Ik was de succesvol gereanimeerde patiënt uit 1969, met zijn herinneringen aan de periode van zijn hartstilstand, nooit vergeten, maar ik had er sinds die tijd ook niets mee gedaan. Tot ik in 1986 een boekje over bijna-dood ervaringen van George Ritchie las met de titel Terugkeer uit de doodt. Ritchie had als medisch student in 1943 bij een dubbelzijdige longontsteking een periode van klinische dood doorgemaakt. In die tijd werden antibiotica zoals penicilline nog niet op grote schaal toegepast. Na een periode van zeer hoge koorts met extreme benauwdheid overleed hij: hij ademde niet meer, zijn pols was niet meer te voelen. Hij werd door een arts doodverklaard en met een laken toegedekt. Een ziekenbroeder was zo ontzet over de dood van deze medische student dat hij de aanwezige arts tenslotte wist over te halen een adrenaline-injectie in de borstkas ter hoogte van het hart toe te dienen - een in die tijd bepaald ongebruikelijke actie. Na ruim negen minuten 'dood' te zijn geweest, kwam George Ritchie tot grote verrassing van de arts en verpleger weer bij bewustzijn. Tijdens zijn periode van bewusteloosheid, de periode waarin hij dood was verklaard, bleek hij een zeer uitgebreide ervaring te hebben gehad waarvan hij zich veel bijzonderheden kon herinneren. Aanvankelijk kon en durfde hij hier helemaal niet over te praten. Over wat hij in die negen minuten had meegemaakt heeft hij later zijn boek geschreven. Ook heeft hij na zijn afstuderen tijdens colleges die hij als psychiater gaf, zijn ervaring aan medische studenten verteld. Een van de aanwezige studenten was Raymond Moody, die door dit verhaal zo was geïntrigeerd dat hij zich ging verdiepen in ervaringen die tijdens een kritieke medische situatie kunnen optreden. Hij schreef in 1975 het boek Leven na dit leven,3 dat een wereldwijde bestseller werd. In dit boek heeft Moody voor het eerst de term Near-Death Experience (NDE) gebruikt, die in het Nederlands is vertaald als 'bijna-dood ervaring' (BDE), al zou 'nabij-de¬dood ervaring' een veel betere vertaling zijn geweest.
Na het lezen van het boek van George Ritchie bleef ik mezelf afvragen hoe het mogelijk is dat iemand tijdens een hartstilstand bewustzijn kan ervaren en of dat vaker voorkwam. Daarom ben ik in 1986 op mijn polikliniek systematisch alle patiënten die ooit in het verleden gereanimeerd waren, gaan vragen of ze zich iets konden herinneren van de periode van hun hartstilstand. En tot mijn niet geringe verbazing had ik in twee jaar tijd twaalf verhalen van zo'n bijna-dood ervaring gehoord bij ruim vijftig mensen die in het verleden hun hartstilstand hadden overleefd. Daarvóór had ik zoiets, behalve die eerste keer in 1969, nooit meer gehoord. Ik had er ook niet naar gevraagd omdat ik er niet voor open had gestaan. Maar door al die verhalen die ik nu hoorde was mijn nieuwsgierigheid gewekt. Volgens onze huidige medische inzichten is het immers niet mogelijk bewustzijn te ervaren als je hart stilstaat.
Recensie
door
Tsenne Kikke
Dit tot een bestseller geworden boek van de Nederlandse cardioloog over bijna-doodervaringen (BDE's) hinkt op twee gedachten. Enerzijds vat hij bestaande kennis over het verschijnsel heel leesbaar samen, anderzijds doet hij een aanzet tot het wetenschappelijk verklaren van BDE's waarbij hij aansluit bij elementen uit de kwantumfysica. Hij komt tot de voor de medische wereld schokkende conclusie dat het menselijk bewustzijn niet zetelt in de hersenen, maar non-lokaal en eindeloos is. Zijn eigen onderzoek naar BDE's dat werd gepubliceerd in The Lancet (2001), krijgt veel aandacht. Van deze theoretische hoofdstukken geeft de auteur zelf aan dat ze overgeslagen kunnen worden. Hij pleit voor meer onderzoek met een open mind naar het verband tussen hersenen en bewustzijn, het aanvaarden van wetenschappers van het concept van non-lokaal bewustzijn, roept artsen en verpleegkundigen om onbevooroordeeld te luisteren naar wat hun patiënten hen te vertellen hebben en geeft aan wat zijn bevindingen betekenen voor ieder die betrokken is bij stervensprocessen. Bevat enkele zwart-wittekeningen en tabellen. Met verklarende woordenlijst, veel noten, uitgebreide literatuuropgave en personenregister.
- Marianne Zwaneveld - In zijn boek komt van Lommel, onder andere, tot de conclusie dat het volledige en oneindige bewustzijn overal aanwezig is in een niet aan tijd en plaats gebonden ruimte, waar verleden, heden en toekomst gelijktijdig aanwezig en toegankelijk zijn. Onze hersenen hebben hierbij geen producerende maar een faciliterende functie voor het bewustzijn. Dit bewustzijn is oneindig, waaruit geconcludeerd kan worden dat dood en geboorte slechts een overgang zijn naar een andere staat van bewustzijn. Al moet het een en ander natuurlijk nog wel wetenschappelijk worden bewezen.
Conclusie van door Gerald Woerlee in tijdschrift 'Skepter':
'Eindeloos Bewustzijn' pretendeert een medisch-wetenschappelijke benadering en studie van de BDE te zijn. Het is deels een degelijk verslag van het uitstekende en reeds elders gepubliceerde BDE-onderzoek van Van Lommel en anderen, maar voor de rest staat het boek vol onzorgvuldige, ongefundeerde en tendentieuze beweringen en halve waarheden. Het bewijst niets over een onstoffelijk eindeloos bewustzijn. De serieuze student van het BDE-verschijnsel heeft er weinig aan en de leek wordt een rad voor ogen gedraaid met 'verklaringen' voor de BDE die niet op reële, bewijsbare feiten zijn gebaseerd. Tot slot beschouw ik dit boek als een belemmering van zinvol onderzoek naar de eigenschappen van de menselijke geest.
|