Mogelijk ook bekend als reïncarnatietherapie.
Regressie- en reïncarnatietherapie gaan ervan uit dat de ziel van de mens meerdere levens doormaakt. Ook vertrekt men van de veronderstelling dat traumatische ervaringen zich zowel in het huidige leven als in vorige levens kunnen hebben voorgedaan en dat die doorwerken in het huidige leven. Gepoogd wordt om met behulp van hypnose op het probleem terug te gaan naar eventuele onverwerkte ervaringen, en deze opnieuw te beleven en te verwerken.
Bij deze therapie gaat de therapeut op zoek naar oude psychische trauma's en onverwerkte ervaringen en poogt deze door middel van cathartische herbeleving te helen. Het actueel ervaren probleem wordt daarbij beschouwd als ingang naar een dieper liggende oorzaak.
Vanuit historisch oogpunt gezien is de regressie- en reïncarnatietherapie gerelateerd aan hypnotherapie, met invloeden van Ericksoniaanse hypnotherapie, Gestalttherapie, Voice Dialogue en Innerlijk Kindwerk. Voor regressie- en reïncarnatietherapie is echter geen diepe hypnotische inductie nodig, volgens veel regressie- en reïncarnatietherapeuten werkt een lichte trance zelfs beter.
Wereldwijd gezien wordt regressie- en reïncarnatietherapie soms op andere manieren toegepast dan in Nederland. De verschillen kunnen, onder andere, liggen in het gebruik van trance of hypnose en in het verloop van de therapie. Ook kunnen sommige buitenlandse therapeuten bewust gebruik maken van suggestie, of meditatietechnieken teneinde een lichte trancetoestand te bewerkstelligen. Daarnaast bestaan er ook meer exotische technieken.
Leeftijdsregressie is bekend sinds experimenten met hypnose in de negentiende eeuw. Toen dachten zowel spiritisten, zoals Allan Kardec evenals theosofen, onder wie Annie Besant en Charles Leadbeater, na over reïncarnatie en vorige levens. De spiritistische, theosofische en latere antroposofische inzichten vinden echter nauwelijks ondersteuning in regressie-ervaringen en zijn er in vele opzichten mee in tegenspraak.
Een andere belangrijke voorloper van de huidige regressie- en reïncarnatietherapie was de Franse baron Albert de Rochas. Hij constateerde in 1898 dat proefpersonen, die in een magnetische trance werden gebracht, vroegere gebeurtenissen volledig herbeleefden. Natuurlijk speelde de droom- en verbeeldingswerelden hierbij een grote rol.
Andere voorlopers van de hedendaagse regressietherapie zijn psychiaters, zoals Alexander Cannon uit Engeland en Inacia Ferreira uit Brazilië, die de huidige problemen van de cliënt verklaarden vanuit trauma’s die lang geleden hebben plaatsgevonden. De eerste psychiater, die mensen op deze wijze begon te behandelen en erover schreef, was Denys Kelsey uit Engeland, die zijn bevindingen in boekvorm in 1968 publiceerde. De methodes die hij gebruikte waren nog steeds die van de klassieke hypnotherapie.
Het jaar 1978 kan misschien als hét geboortejaar van de reïncarnatietherapie beschouwd worden, toen er boeken van Morris Netherton, Edith Fiore en Helen Wambach verschenen. In Duitsland was Thorwald Dethlefsen de pionier.
Ondertussen bestaat er ook een speciale regressietherapie, enkel en alleen uitgevoerd door de Belgische vzw DIMschool, oftewel 'School voor Ontwikkeling van de Innerlijke mens', waarbij helemaal geen hypnose, noch lichte trance aan te pas komen. Anders gezegd: de persoon die naar één van zijn vorige levens wordt gebracht, ondergaat het gehele proces bij volle bewustzijn en kan het dus ook navertellen.
Organisaties gespecialiseerd in regressietherapie
- Vind nog meer organisaties gespecialiseerd in regressietherapie op Zoek&Vind.
- Jouw organisatie er nog niet tussen? Voeg ze toe op Zoek&Vind!
Blogposts over regressietherapie
|