Een edelsteen is eender welke steen die door zijn kleur, glans, vorm of zeldzaamheid de moeite waard is om te verzamelen, of te gebruiken als sieraad, kunstobject, en gebruiksvoorwerp - of in ruwe, oorspronkelijke vorm als decoratiemateriaal op een kast of schoorsteenmantel te laten prijken. Nochtans werd vroeger onderscheid gemaakt tussen edelstenen en halfedelstenen, nu niet (zo)meer.
Sommige mineralen worden tot edelstenen bewerkt, tot sieraden en sierobjecten verwerkt, en verkocht. Bekende edelstenen zijn onder andere diamant, robijn, smaragd, saffier, aquamarijn, topaas, toermalijn, amethist, citrien, carneool, opaal, onyx, turkoois, lapis lazuli en granaat.
Maar ook bergkristal, fluoriet, malachiet, nefriet, peridoot, opaal en nog duizenden anderen zijn 'edelstenen'.
De Britse 'Blue John', bijvoorbeeld, is een mineraal dat als halfedelsteen wordt behandeld, maar eenmaal bewerkt, in de categorie 'edelstenen' valt, om de waarde ervan met recht en rede op te te jutten. De Blue John is een soort van fluoriet met purperblauwe of geelachtige banden, vandaar de naam, naar het schijnt. Het Franse bleu-jaune, dat blauw-geel betekent, werd in Blue John omgetoverd.
De Blue John is slechts op één plaats ter wereld te vinden, namelijk onder een driehoekige heuvel, Treak Cliff genaamd, net buiten het Engels stadje Castleton.
Fluoriet wordt ook in de Belgische Ardennen gevonden - maar fluoriet, met blauwe banden, is zeldzaam. Vandaag de dag wordt het nochtans in de Chinese Deqing Fluorietmijn, in de Zhejiang provincie, gevonden.
In elk geval is het interessant om te aanschouwen hoe zo'n ruwe Big John tot een edelgesteente in sieraden wordt verwerkt.
Alles wat leeft, en niet leeft, is bezield. Een mineraal dus ook. En, indien je 'essentie', het bouwplan of de blauwdruk waarmee de mens geboren wordt met zo'n gesteente vergelijkt, begrijp je wat 'veredeling' betekent. Want, datgene wat eruit groeit, is datgene wat je Zelf, of Persoonlijke Ziel, zou kunnen noemen, en dus iets geheel anders is dan gewoonweg 'bezield zijn'.